Wat gaat er per 1 januari 2020 veranderen door de Wet Arbeidsmarkt in Balans (Wab)

De Wab repareert in zekere zin de Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Dat is eigenlijk stap 1 in de wijziging van het arbeidsrecht, want de commissie Borstlap is gevraagd om een fundamenteel advies uit te brengen over de inrichting van de arbeidsmarkt. Minister Koolmees van SZW beoogt met de Wab een vast dienstverband goedkoper te maken en flexwerk juist duurder. Een overzicht van de belangrijkste veranderingen per 1 januari 2020. Dit zijn dus wettelijke veranderingen die ook voor onze branche gelden.

Proeftijd
De Wab regelt het volgende over proeftijd.

  • Geen proeftijd als contract 6 maanden of korter is.
  • Maximaal 1 maand als contract langer dan 6 maanden duurt.
  • Maximaal 2 maanden voor contracten voor onbepaalde tijd en/of langer dan 2 jaar.
  • Maximaal 1 maand als er geen duidelijke einddatum is afgesproken is, bijvoorbeeld bij vervanging tijdens zwangerschapsverlof  of voor de duur van een project.

Proeftijd altijd schriftelijk afspreken, start op de dag dat werknemer begint met werken.

Verruiming duur tijdelijke contracten
De huidige periode van maximaal twee jaar in de WWZ wordt uitgebreid naar maximaal drie jaar. Werkgevers kunnen drie tijdelijke contracten binnen een periode van drie jaar aangaan met een werknemer. Voor de beppers maakt het feitelijk niet uit, het derde (extra) jaar valt nu in de Wab, Voor de beppers van de AvB blijft het gestelde in de cao over het vierde en vijfde jaar overeind.

Onderbreking tijdelijke contracten
Nu moet er een periode van (minimaal) zes maanden worden aangehouden om met dezelfde werknemer opnieuw een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd te sluiten. In de cao’s kan worden vastgelegd dat het drie maanden kan zijn als er sprake is van terugkerend werk dat maximaal negen maanden per jaar kan worden gedaan. Dat is in onze cao nu niet het geval overigens. 

Transitievergoeding
Werknemers krijgen per 1 januari vanaf de eerste dag van het dienstverband recht op een transitievergoeding. Over de gehele duur is de transitievergoeding 1/3 maandsalaris per dienstjaar. Dat geldt ook voor werknemers ouder dan vijftig jaar langer dan tien jaar in dienst, de overgangsregeling met een hogere vergoeding loopt af en wordt niet verlengd. De compensatie van de transitievergoeding kleine werkgevers (tot 25 medewerkers) bij pensionering of wegens ziekte is beoogd (nog niet zeker) per 1 januari 2021 en dus niet per 1 januari 2020.

Transitievergoeding en kosten van opleiding
Naast de kosten ter bevordering van kennis en vaardigheden voor een functie buiten de eigen organisatie (persoonlijke ontwikkeling) kunnen ook de (scholings)kosten voor een andere functie binnen het bureau in mindering worden gebracht op de transitievergoeding. Let wel, werknemer moet van tevoren instemmen met deze verrekening, het is belangrijk om afspraken hierover schriftelijk vast te leggen en te bevestigen.

Transitievergoeding en bedrijfseconomische omstandigheden
In de cao kan geregeld worden dat de transitievergoeding niet van toepassing is bij ontslag om bedrijfseconomische redenen op voorwaarde dat er in de cao een voorziening of een vergoeding is opgenomen die de gevolgen van de werkloosheid beoogt te beperken. Dat is in de cao voor medewerkers van architectenbureaus nu niet het geval overigens.

WW premie
De WW-premie wordt voor werkgevers lager bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aanbieden in plaats van een tijdelijk contract. Een vast contract wordt op dit onderdeel goedkoper, een flexcontract duurder. Tot 1 januari 2020 is de hoogte van de WW-premie afhankelijk van de sector waarin een bedrijf actief is. Dat criterium vervalt.

Oproepkrachten
Een werknemer is alleen verplicht te komen werken als werkgever hem uiterlijk vier dagen van te voren oproept. (Nuluren- en min/maxcontracten zijn contracten waarbij pas arbeid wordt verricht nadat werknemer daarvoor door werkgever wordt opgeroepen). Als de oproep binnen die periode weer wordt ingetrokken, houdt de werknemer recht op loon over de uren waarvoor hij was opgeroepen. Na 12 maanden moet werkgever werknemer een vaste arbeidsomvang aanbieden.

Payrolling
Werknemers die vanaf 1 januari 2020 een payrollcontract krijgen hebben minimaal dezelfde arbeidsvoorwaarden en rechtspositie als werknemers in dienst bij een architectenbureau en vanaf 2021 hebben payrollmedewerkers op basis van de Wab recht op een goede pensioenregeling.

Cumulatiegrond
Er is een nieuwe ontslaggrond naast de al bestaande acht ontslaggronden. De essentie van die bestaande ontslaggronden is dat bij ontslag volledig moet worden voldaan aan tenminste één grond. Het objectief en compleet vaststellen daarvan was en is moeilijk. De Wab voegt een ontslaggrond toe, de cumulatiegrond. Die maakt het mogelijk om twee of meer ontslaggronden die afzonderlijk ‘onvoldragen’ zijn bij elkaar te voegen tot een ‘voldragen’ verhaal. Daarin kunnen elementen van verschillende ontslaggronden gecombineerd worden.
Wordt deze cumulatiegrond gebruikt, dan kan de rechter werknemer een extra vergoeding toekennen ter hoogte van maximaal 50 % van de transitievergoeding.